Het ´voedzame spul´ in je eten:
wat, waarvoor en hoe
Ho ho, ik was er nog niet met mijn gevraag. Want mijn volgende vraag is: wat krijg je binnen? En: is dat wel wat je nodig hebt? En met ´je´ bedoel ik dan jouw lijf: krijgt dat wel de brandstof waar het goed op kan draaien? Daar ga ik het zo met je over hebben, over die brandstof.
Want als het over voeding gaat, krijg ik vaak te horen: ´Maar ik eet heel gezond, hoor!´ Toch is voeding in zichzelf niet ´gezond´ of ´ongezond´. Het is voedzaam óf niet. En zorgt er zo voor dat jij gezond of ongezond bent of wordt. Dat is overigens weer wat anders dan nooit ziek worden hè. Maar je begrijpt vast wat ik bedoel: die ´brandstof´ doet ertoe, zegt iets over hoe soepel je ´motor loopt´. Een ander woord voor die ´brandstof´ is volwaardige voeding. En wat maakt voeding nou ´volwaardig´? Dat lees je hieronder.
We weten allemaal wel dat we groenten, fruit, eiwitten, vitamines en mineralen binnen moeten krijgen. Die voedingsstoffen heten ook wel macro- en micronutriënten. Volwaardige voeding betekent dan niet alleen dát je die voedingsstoffen binnenkrijgt, maar ook nog voldoende én gebalanceerd. En dat dan in principe met elke maaltijd. Ga d’r maar aan staan…
Pak ‘em beet zo’n 1.000 jaar geleden hoefde je je niet af te vragen of dit soort voedingsstoffen wel zat in alle voeding die aan een boom hing, uit de grond kwam, rende, sprong, zwom, vloog of liep. De vraag was meer hoe je er überhaupt aan kwam… Dat is tegenwoordig vrijwel andersom: er is makkelijk aan te komen. Maar doordat voeding en voedingsproducten nu zo bewerkt zijn, hebben we geen idee meer van wat er nog in zit.
The big 4: macro-ingrediënten
Micro-ingrediënten: klein maar fijn en onmisbaar
Suikervrij eten = volwaardige voeding eten
En dan nog dit: factoren die onze voedingskeuzes beïnvloeden
Je denkt misschien dat je bewust kiest wat je wel en niet eet, hoeveel je eet en wanneer je eet, maar in feite gebeurt dit niet zo bewust als je denkt. Er zijn namelijk veel factoren die onze voedingskeuzes beïnvloeden, vaak zonder dat we hier iets van merken. Hieronder noem ik er een aantal. Ben je je hier namelijk meer bewust van, dan kun je daar beter rekening mee houden. Zo bepaal je meer en meer zelf wat je eet, hoeveel je eet en wanneer je eet. Hey, jóuw grip op je eetgedrag, toch?!
Je omgeving
Raar, maar waar: eet je bij gedimd licht, dan heb je minder zelfbeheersing. Hierdoor eet je meer. Ruik je regelmatig lekkere geuren tijdens het eten, zoals vaak in een restaurant het geval is, dan eet je ook meer. En wordt er gezellige muziek gedraaid tijdens het eten? Dan eet je langer, langzamer en rustiger, maar ook meer.
Je bordgrootte
Ook de grootte van jouw bord heeft invloed op hoeveel je eet. Het formaat van bijvoorbeeld de ontbijtbordjes van nu, waren de dinerborden van toen. Size matters dus. Serveer je jouw eten op een groot bord, dan ben je geneigd meer te eten. Sterker nog, de meeste mensen stoppen pas met eten als het bord helemaal leeg is. Ik weet niet hoe dat met jou zit, maar ik kreeg dat van huis uit al mee: ´Eet je bord leeg.´ Dat zit er nog steeds in.
Je maaltijdsduur
Blijft het eten langer op tafel staan, dan ben je ook geneigd meer te eten. Dit hebben we allemaal wel eens meegemaakt tijdens een etentje. Het eten blijft op tafel staan en daarom blijf je maar eten, ook als je eigenlijk al helemaal vol zit. Pas als het eten weggehaald wordt, merk je dat je echt geen hap meer door je keel kunt krijgen en te veel gegeten hebt.
Mensen om je heen
Zie je andere mensen eten, dan ben je sneller geneigd ook wat te eten. Zien eten, doet eten. Zitten de kinderen of je partner met een zakje chips op de bank, dan zal je sneller chips eten dan wanneer de kids of je partner geen chips eten. Wat de mensen om je heen eten, heeft dus ook invloed op wat jij eet. En hoeveel je eet.