In het emigreren van Nederland naar de Nederlandse Antillen had ik als 2-jarige weinig invloed. Buiten de taal was er voor mij weinig ´Nederlands´ aan die Antillen. Logisch, de eilanden zijn meer op (Zuid) Amerika gericht. Dat ligt vrijwel om de hoek. Handig is dan voor mij wel weer dat Engels m´n tweede taal werd.
Ook logisch was dat de vakanties in Nederland gespendeerd werden. Daar was alle overige familie. Vakantie was synoniem aan familiebezoek.
En zo kwam ik in aanraking met het fenomeen voetbal. Op Curaçao was het softbal wat de klok sloeg, geheel naar Amerikaans voorbeeld weer.
Het voetbal waar ik in Nederland mee te maken kreeg, was op de televisie. Mijn opa was er gék op. Nu heb ik sport kíjken op tv al helemaal nooit begrepen. Je ´doet´ een sport. Of niet. Maar goed, voetbal is niet mijn ding, zo veel is wel duidelijk.
Als we op zondag naar opa en oma gingen, zat opa meestal in de achterkamer naar voetbal te kijken. En ondanks dat degenen die niks met voetbal hadden in de voorkamer zaten, moesten we zo stil mogelijk zijn.
Dat was te doen totdat mijn opa zo doof als een kwartel werd. En het geluid van de tv zo hard kwam te staan dat heel Uuutrèg de wedstrijd mee kon horen.
Mijn oma kocht een koptelefoon voor hem. Probleem getackeld.
Minder getackeld blijkt hersenschade in de sport. Ook de voetbalsport.
Redacteuren Bram Endedijk en Enzo van Steenbergen wijden er in het NRC een heel artikel aan. Of juister, NRC volgde anderhalf jaar de familie van oud-Spartaan Wout Holverda en artsen van het UMC Amsterdam in hun zoektocht naar antwoorden.
Die zagen zich voor de vraag gesteld: wat gebeurde er in het brein van een kopsterke oud-Spartaan die ziek van voetbal werd?
De ziekte van Alzheimer, dachten de artsen in eerste instantie. Al twijfelden ze ook. Evenzeer komt behandelend neuroloog er bij leven van de oud-Spartaan niet uit welke vorm de oud-voetballer van de ziekte heeft.
Na het overlijden van de oud-voetballer verlenen nabestaanden toestemming tot autopsie van diens hersenen. Die willen ook weten of de kopballen een verschil hebben gemaakt.
Neuroloog Jort Vijverberg heeft zich gespecialiseerd in sporten en breidt al jaren zijn kennis over chronische traumatische encefalopathie (CTE) uit, een hersenziekte. Hij wil graag weten of Wout Holverda CTE had.
Het leidt uiteindelijke geen twijfel. En dat vertelt Jort ook aan Wout´s kinderen, zoon Robin en dochter Melissa. Hun vader is uiteindelijk ziek geworden door zijn carrière als voetballer, waarin hij zoveel ballen kopte.
En ergens vinden ze het mooi dat hun vader ook nu nog betekenis heeft. Toen hij ziek was heeft Wout al eens gezegd dat ´het´ door de kopballen kwam. Zijn kinderen wuifden dat altijd een beetje weg. En dan zegt Robin zacht, heeft die ouwe toch gelijk gekregen.
Natuurlijk, hersenen doneren is en blijft belangrijk voor meer onderzoek.
Tegelijk ben ik er om reden van het voorzorgprincipe alleen al, voorstander van om ook bij leven goed voor die grijze cellen te zorgen.
Want hersenen zijn duur.
Ze maken 2% uit van het lichaamsgewicht maar gebruiken 50% van de beschikbare brandstof en ruim 20% van de geventileerde zuurstof. Dat is vooral nodig om voldoende energie (ATP) te kunnen genereren.
Om goed te kunnen blijven functioneren moet je lichaam bovendien beschikken over een uitstekend werkend brandstof-allocatie systeem. Daarin hebben de hersenen de regie en werken ze samen met de alvleesklier, lever en bijnieren.
Zitten de hersenen zelf goed in de energie, dan krijg je overal ´toestemming´ voor. Hebben ze tekorten, dan wordt er overal op bezuinigd. En dát ga je merken. Functies lopen duidelijk terug en klachten nemen toe. Zo laat de spijsvertering en de detox capaciteit te wensen over en ontstaan er huid- of gewrichtsklachten. Maar ook andere zaken zoals de vruchtbaarheid lopen mogelijk van de rails.
Hersenen zijn dus veeleisend. Je kunt er niet zomaar van alles mee doen of ingooien, je moet ze op de juiste wijze voeden. Doe je dat niet dan gaat het al snel mis met de aansturing, ze verliezen de controle.
Wat je dan ziet is problemen met energie-aanmaak en degeneratie van neuronaal weefsel. En dát ga je natuurlijk ook merken. Je wordt depressief, vergeetachtig of erger, er ontstaat Alzheimer of Parkinson. Rest ons vervolgens de vraag wat hersenen precies nodig hebben. Maar ook hoe we de natuurlijke orde herstellen en daarmee het algehele welbevinden.
Voor het zo ver is, kun je eerst eens beginnen met kijken hoe de werking van die grijze massa er nu voor staat. Door een neurotransmitterprofiel op te maken. Via neurotransmitters reguleren de hersenen immers heel veel.
But don´t take my word for it. Test dat vooral zelf: https://gripopgezondheid.nl/stressologie-de-bravermantest/
Lynn Hogendoorn